Movimento dell'Mondo

Oma op latten

En maar ploegen

“Je bent nooit te oud om te leren.” Een spreekwoord waar ik volledig achter sta. Alleen heb ik vorige week aan der lijve ondervonden hoeveel waarheid er schuilt in “Jong geleerd is oud gedaan”.

Op mijn 35e ga ik voor de allereerste keer op skivakantie. Manu, een fervent skiër heeft mij in de loop der jaren warm gemaakt voor het idee en we trekken naar Val Cenis.

Onze eerste skidag breekt aan. Ik heb er zin in. We vragen rond waar ik als beginner het beste kan starten. Na een uurtje oefenen op ‘vals plat’, waag ik me aan mijn eerste skilift. Ik laat me naar boven slepen met een een ‘pannenkoek’ tussen mijn benen. Dat gaat ondanks de foute instructies van mijn lieftallige skileraar toch goed.

Tien meter hoger staan we voor een, in mijn ogen, erg steile afdaling. Maar goed, dit is dé plek voor beginners, dus ik ga er voor. Sterker nog, ik ga er drie keer voor en beland drie keer met mijn neus in de sneeuw. Tijdens de laatste val bezeer ik mijn knie en probeer ik mijn tranen weg te slikken.
Na een korte break probeer ik het nog eens. Ik blijf rechtop, maar daar is alles mee gezegd. Ik zoef meermaals ongecontroleerd de helling af. Ik kom alleen tot stilstand omdat ik 40 meter vals plat heb om als een gek te “ploegen”. Mijn hart klopt als een gek in mijn keel. Het enige heugelijke feit is dat ik niemand meesleur in mijn wanstaltige skipogingen.

De volgende dag blijkt dat we helemaal niet op de piste voor beginners waren. We hadden de verkeerde lift gekozen. De piste bovenaan de stoeltjeslift (en niet de pannenkoekenlift) heeft een perfecte hellingsgraad voor beginners. Ik val niet meer. Ik voel dat ik mijn bewegingen onder controle krijg. Ik durf wat meer snelheid te nemen. Mijn zelfvertrouwen dat de eerste dag een flinke deuk kreeg, groeit.

Op de 3e dag testen we groene pistes. Deze zijn toch een stuk heftiger dan de ‘beginnerspiste’. Ik sta bij elke ‘steile’ afdaling te trillen op mijn benen. Mijn handen zweten verschrikkelijk ondanks de kou. Kleine kinderen nemen afdalingen die ik als ‘afgrond’ classificeer op hun dooi gemak. Ik voel me een oma op latten. Mijn excuses, ik doe de vele oma’s die ik gracieus heb zien skiën geen eer aan.
Ik voel me bang. Ik moet aan mezelf toegeven dat ik in jaren niet meer zo bang ben geweest.
Nog niet zo lang geleden durfde ik alles. Geen attractie was mij te snel, geen uitdaging te moeilijk. Met met ouder worden laten mijn moed en durf mij in de steek. Ik heb werkelijk waar nachtmerries over eindeloos vallen en gebroken botten.

Als op dag 4 alle skiliften dicht blijven om wille van een storm, ben ik stiekem opgelucht.

Ik wil niet toegeven aan mijn angst en sta op dag 5 weer paraat voor mijn lessen. Ik blijf het spannend vinden, maar merk dat het beter gaat. We doen een eerste blauwe piste. Tegen een slakkengangetje waarvan mijn gluten in brand staan van het constante ‘ploegen’ geraak ik trots en heelhuids beneden.
In de namiddag gaat het flink mis. We gaan naar een hoger gelegen gebied waar het begint te waaien en te sneeuwen. Ik zie geen hand voor ogen door de dichte mist. Ik vind het verschrikkelijk dat ik niet kan zien hoe de piste er 2 meter verder bijligt. Ik weet dat ik nog een heel eind naar beneden moet en houd mijn paniekgedachten op een afstand door me op mijn ademhaling te concentreren. Eenmaal beneden ben ik opgebrand. Mijn tranen zijn het gevolg van verwarrende combinatie van opluchting, ontlading, doodsangst en schaamte. Ik had meer van mezelf verwacht. Ik zie mezelf niet als iemand die opgeeft of snel panikeert, maar op skilatten verander ik in een bang konijn.

De laatste dag trek ik plichtsbewust mijn plunje aan en volg Manu naar de lift. We vinden een heerlijke blauwe piste en tegen mijn verwachting in krijg ik er plezier in. Ik merk dat ik dag na dag vorderingen maak qua techniek.
’s Namiddags begint het weer te sneeuwen en te waaien. De pistes veranderen in verraderlijke schaatsbanen met sneeuwhopen. Wederom kost het mij al mijn energie om beneden te komen. Het plezier van de ochtend is te snel vergeten. Als elke afdaling gepaard gaat met zoveel schrik, dan hoeft het voor mij niet.

Manu laat mij constant weten dat ik het heel goed doe. Dat het opmerkelijk is dat ik slechts 6 keer ben gevallen. Dat ook ervaren skiërs moeite hebben met ijs én wind én sneeuw én mist. Dat het normaal is dat ik na een week nog geen volleerd skiër ben. Dat …

Ik ben er nog steeds van overtuigd dat je nooit te oud bent om te leren. Alleen moet je ‘willen’ leren, ‘willen’ veranderen. En ik weet niet of ik de ‘wil’ heb om mijn zenuwen, trillende benen, kloppend hart en klamme handjes ooit het hoofd te bieden …

  • Val Cenis
  • De zon schijnt als we arriveren
  • Les Alpages, een aanrader
  • De accomodatie is in orde
  • Uitzicht vanuit onze prachtige kamer
  • Relaxen in het zwembad
  • Kokkerellen
  • Ready, set, go
  • Verschil moet er zijn
  • We hebben er zin in
  • Vals plat, check
  • Op naar de skilift
  • Boven op de berg
  • Even pauze
  • Stilte voor de storm
  • Alle liften en pistes dicht
  • Nee, ik ben er niet klaar voor
  • En maar ploegen
  • Lunchen
  • Fondue
  • Ne warme choco
  • Laatste dag

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *