We zijn in Ushuaia, de meest zuidelijke stad van Argentinië én het einde van de wereld. Dit is niet honderd procent de realiteit, maar wel een zeer goede marketing slogan. Ik ben zeer dankbaar voor alle natuurlijke hoogtepunten van Argentinië die ik heb bezocht. Door omstandigheden hebben we echter al meer tijd in Argentinië doorgebracht dan me lief is.
Nu we aan het letterlijke einde van onze trip in Argentinië zijn, vraag ik me af of mijn haat voor Argentinië niet groter is dan mijn liefde. Of die natuurlijke schoonheid mijn mentaal ongemak waard is?
Er is ‘iets’ in de cultuur van dit land waar ik me lastig bij voel. Het lastigste vind ik nog dat ik er amper in slaag om de vinger op dat ‘iets’ te leggen.
Een voorbeeld. De hele Argentijnse keuken is eenzijdig en suïcidaal vettig! Over een territorium zo groot als West Europa is er een volledige afwezigheid van afwisseling. Menukaarten bestaan standaard uit: Vlees dat op de barbeque is gebakken, Milanesas, Napolitanas, pastas en pizza’s. Napolitanas komen neer op vlees met een schel kaas, een schel hesp en een ei erboven op gekwakt. Milanesas zijn zo simpel als een schnitzel van kip. Van de pasta krijgen Italiaanse immigranten een hartaanval en de pizza’s worden gemaakt op basis van een soort pistolet van 30 cm diameter waarover een halve kilo harde industriële kaas wordt gesmolten.
Ik vind het eten niks, maar daar gaat het me niet over. Waar ik over val is dat er mij in elk gesprek wordt gevraagd wat ik van het geweldige Argentijnse eten vind! Ik ga die zin extra ontleden! Er wordt me niet gevraagd wat ik van het eten vind, er wordt me gevraagd wat ik van het geweldige Argentijnse eten vind. In mijn hoofd wordt er geen vraag gesteld, maar een mededeling gedaan. Daarbij wordt me elke kans ontnomen om te kunnen reageren. Ik zou ook nooit kunnen reageren want de hele bevolking lijkt geen enkel referentiekader te hebben om te begrijpen dat een keuken er ook nog anders kan uitzien dan de Argentijnse keuken die ze kennen.
Mijn hele frustratie wordt niet enkel getriggerd via eten. De keren dat we er in slagen om een gesprek aan te knopen gaat het bijna altijd over kinderen en familie. Als Ann of ik delen dat wij kiezen voor een leven zonder kinderen komt er standaard geen reactie. Ik heb het niet over een ongemakkelijke stilte omdat iemand niet weet hoe te reageren. Het wordt letterlijk niet gehoord omdat de toeschouwer niet kan begrijpen dat iemand ooit zou kunnen kiezen voor een leven zonder kinderen.
De Argentijnse munt heeft al jaren ‘last’ van inflatie en devaluatie op de internationale markt. Collectief wordt hier door het hele land over geklaagd. Ik kijk rond en denk bij mezelf ‘hoe kan het ook anders’. Het is me op 6 maanden tijd in het hele land één keer gelukt om geld uit de muur te halen, aan de grens wordt 50% invoertaks gerekend en betalen met een creditcard betekent dat je 10 minuten lang administratie aan het afhandelen bent. Het wordt letterlijk onmogelijk gemaakt om geld uit te geven.
Ik vind het ergerlijk dat elke Argentijn zijn eigen cultuur verheerlijkt en mij daarnaast de indruk geeft geen enkel inzicht te hebben in een alternatief. Hoe kan je ooit iets verheerlijken als je zelfs niet beseft dat er ook nog iets anders bestaat?
Snap je wat ik bedoel? Dan mag je het me uitleggen want ik snap het zelf niet!
Ik vermoed dat dit hele land een aantal waarden hoog in het vaandel draagt, die aan ander uiterste staan dan mijn eigen kern.
Een land met zo weinig variatie in gedrag, voeding, gebruiken, …. noem ik ’té traditioneel’. Zelf geloof ik dat mensen pas gelukkig kunnen zijn als ze zich in vraag stellen. Alleen dan ontstaat creativiteit en kan je iets bijleren. Alleen zo zorg je ervoor dat je niet dag na dag in dezelfde valkuilen trapt.
Een land dat constant communiceert met overdadig subjectieve termen, slogans en uitspraken, … noem ik fake. Ik geloof dat mensen pas gelukkig kunnen zijn als ze het verschil zien tussen de feitelijke realiteit en hun subjectieve gevoelens.
Ik ben er niet fier op, dat ik kwaad wordt omdat ik in aanraking kom met mensen die ‘anders’ zijn dan ik. Dat noem ik gepolariseerd, eenzijdig en onverdraagzaam. Ik wil mezelf graag zien als iemand die evenwicht en aanvaarding nastreeft. Blijkbaar heb ik nog heel wat te leren op deze vlakken! En dat doet me pijn.
Ondertussen zijn we tot het einde van de wereld geraakt en daarmee is de tijd aangebroken om ons om te draaien en huiswaarts te keren. De datum is gekend. Op 12 mei staan we weer in België.
Moest je ooit twijfelen om naar Argentinië op reis te gaan. Doen! De natuur is ongezien en je hebt nog nooit zo’n goeie barbecue gegeten!
Pingback: Het is nu dat je het moet doen - Movimento dell'Mondo
Inderdaad stilaan tijd om weer naar huis te komen.
Naar een land met lekker eten en vrienden en familie die graag voor jullie een potje willen koken…
Ah ja het was het niet om het eten te doen:
Maar ik kan «geweldig » iets voor jullie koken…
iets normaals of toch net niet!
Dikke zoen!
Doet me denken aan oosteuropa 20 jaar geleden. Veel ver als ardappelpuree met kool en worst kwam je niet. Maar wel mooie natuur en aardige mensen. Maar wat eten betreft zijn we verwend. Met name in de benelux kom je er niet mee weg traditioneel te zijn. Dan ga je failliet. Argentinie heeft natuurlijk een bewogen historie misschien verklaard dat de hang naar traditie en weinig veranderingen.
Denk dat het tijd wordt dat jullie de geneugden van ons Belgie (Antwerpen) terug leren ontdekken